Soms raakt een werknemer arbeidsongeschikt door een gebeurtenis waarvoor een ander (een derde) aansprakelijk is. Denk hierbij aan een...

Soms raakt een werknemer arbeidsongeschikt door een gebeurtenis waarvoor een ander (een derde) aansprakelijk is. Denk hierbij aan een (verkeers)ongeval of bijvoorbeeld een mishandeling. De werknemer kan dan zelf zijn schade verhalen op de aansprakelijke derde. Maar ook de werkgever van het slachtoffer kan (een deel van) zijn schade op deze derde verhalen. Dit recht heet verhaalsrecht of regresrecht. De werkgever moet namelijk tijdens de arbeidsongeschiktheid van de werknemer het loon (ziekengeld) doorbetalen en zorgen voor de re-integratie van de werknemer.

Wanneer is er sprake van een regresrecht?

De wet stelt twee voorwaarden voor het ontstaan van een regresrecht van de werkgever:

  • Allereerst moet er sprake zijn van een werknemer die lichamelijk of geestelijk letsel oploopt als gevolg van een gebeurtenis waarvoor een derde aansprakelijk is;
  • Daarnaast moet de werknemer als gevolg van deze gebeurtenis arbeidsongeschikt zijn en moet de werkgever verplicht zijn om het loon van de werknemer door te betalen tijdens ziekte van de werknemer.

Welke kosten vallen onder het loonregres?

Allereerst valt onder het regresrecht het nettoloon van de werknemer. Je mag als werkgever nooit een hoger bedrag in loonkosten claimen dan de werknemer had kunnen verhalen, dit heet het ‘civiele plafond’.

De ingehouden loonbelasting, sociale premies en andere kosten van het loon moet je als werkgever zelf betalen en kan je dus niet verhalen op de aansprakelijke partij. Op het moment dat de werknemer tijdens de re-integratie een aantal uren tegen zijn normale loonwaarde werkt, kan er geen verhaal over deze uren plaatsvinden.

Daarnaast kan je de kosten die gemoeid gaan met de re-integratie verhalen op de aansprakelijke partij. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de kosten van het inschakelen van een re-integratiebureau, de kosten van de Arbodienst, revalidatiekosten, kosten van aanpassingen van de werkplek, kosten voor bijscholing en begeleiding, kosten van vervangend of aangepast vervoer, etc.

Kosten van vervangend personeel voor de arbeidsongeschikte werknemer vallen daarentegen niet onder het loonregres.

Om de gemaakte nettoloonkosten en re-integratiekosten te verhalen, kan je je tot een advocaat wenden. De kosten die gepaard gaan met de inschakeling van een advocaat komen bij een erkenning van aansprakelijkheid in beginsel ook voor vergoeding in aanmerking. Daarbij is het wel van belang dat deze kosten moeten voldoen aan de dubbele redelijkheidstoets. Dit betekent dat zowel de noodzaak van de werkzaamheden, als de omvang en aard van de met deze werkzaamheden gemoeide kosten aan de redelijkheid worden getoetst. Zijn de kosten in redelijkheid gemaakt, dan moeten deze ook door de aansprakelijke partij worden vergoed.

Verjaart het regresrecht?

Indien je als werkgever te maken krijgt met een arbeidsongeschikte werknemer door een ongeval, het maakt daarbij niet uit of het ongeval tijdens of buiten werktijd heeft plaatsgevonden, dan is het verstandig niet al te lang te wachten met het uitoefenen van het recht om de loonschade te claimen. De verjaringstermijn is vijf jaar. Na vijf jaar vervalt het regresrecht.

Heb je nog vragen over dit onderwerp? Of wil je de door jouw onderneming geleden loonschade verhalen? Neem dan contact op met ons. Wij helpen je graag verder.

Stel gerust je vraag aan ons

Heb je vragen over onze mogelijkheden of wil je graag vrijblijvend kennismaken? Neem dan telefonisch of per e-mail contact met ons op.

"*" geeft vereiste velden aan