Er wordt bij mij in de buurt een aardappelloods geplaatst. De buurt is bang voor geuroverlast, wat nu?
In een omgevingsplan kan rekening worden gehouden met geur, waarbij goed gemotiveerd moet worden dat er een aardappelloods op die plek mag komen te staan.
Is er in het omgevingsplan niks geregeld? Dan moet dit bij het verlenen van de vergunning alsnog worden getoetst. In beide gevallen kan het zinvol zijn om een zienswijze in te dienen of bezwaar te maken, zeker als een goed onderbouwde motivering ontbreekt.
Meer vragen over Over Agri & Food
Dit kan inderdaad invloed hebben op jouw bedrijfsvoering als er gebruik wordt gemaakt van gewasbeschermingsmiddelen. In het algemeen wordt in Nederland 50 meter als afstand aangehouden waarna er geen effecten van de gewasbestrijdingsmiddelen meer te meten zijn. Als er dichterbij dan die 50 meter woningen worden gebouwd, kan dat betekenen dat je binnen die afstand geen gebruik meer van gewasbeschermingsmiddelen mag maken. Het is dan erg belangrijk dat er maatregelen worden getroffen.
Voor het uitbreiden van een veehouderij zijn verschillende aspecten van belang. Ten eerste moet worden gekeken naar de bestaande vergunningen. Past de uitbreiding daarbinnen, dan is er waarschijnlijk niks aan de hand. Intern of extern salderen kan helpen om de stikstofdepositie van de uitbreiding naar beneden te brengen. Ook kunnen mitigerende maatregelen in sommige gevallen een oplossing bieden. Het verschilt echter per situatie of, en zo ja, welke verzachtende maatregelen voldoende zijn.
In de Omgevingswet geldt het begrip ‘inrichting’ niet meer. Dit is vervangen door ‘milieubelastende activiteiten’. In sommige gevallen geldt nog wel een vergunningplicht, maar soms ook niet meer. In dat laatste geval hoef je meestal niks te doen. Ook kan een gemeente nu meer zelf regelen (zoals luchtkwaliteit, geur en geluid), waardoor de regels per gemeente kunnen verschillen.
Een gemeente mag soms een vergunning (geheel of gedeeltelijk) intrekken, bijvoorbeeld als er gedurende een jaar (voorheen drie jaar) geen gebruik is gemaakt van de vergunning. Gemeenten zijn hiertoe niet verplicht; meestal zal er beleid zijn wanneer een vergunning wel of niet wordt ingetrokken. Het intrekken van een vergunning is een besluit waartegen bezwaar kan worden gemaakt, maar vaak word je al eerder in de gelegenheid gesteld om je zienswijze naar voren te brengen.
Sinds 29 mei 2019 zijn PAS-melders niet langer toegestaan. PAS-melders moeten dus ook gewoon een vergunning aanvragen. Dit is natuurlijk erg vervelend, omdat het lastig is om aan zo’n vergunning te komen. Zonder vergunning moet je in principe stoppen met je activiteiten. Gelukkig zijn er inmiddels uitspraken van de Raad van State bekend waarin is gezegd dat niet altijd handhavend hoeft te worden opgetreden. Dit is afhankelijk van de omstandigheden en de motivatie. Laat je dus goed voorlichten door een goede advocaat.
